Verzorging, trimmen en handige tips
Honden met een ruwharige vacht (ook wel draadvacht vacht genoemd) hebben een stoere, weerbestendige vacht die speciaal is ontwikkeld om hen te beschermen tegen kou, water en vuil. Hoewel deze vachten minder klitten dan langharige of krulvachten, is de verzorging zeker niet simpel. Een ruwe vacht moet regelmatig geplukt worden om gezond en in goede conditie te blijven. In dit artikel bespreken we de kenmerken van deze vachtsoort, de juiste verzorging en de beste trimtechnieken.
Kenmerken van een ruwharige vacht
Ruwharige honden hebben een speciale vachtstructuur die hen beschermt tegen vuil, water en ruwe omstandigheden. De bovenvacht is stug en hard, terwijl de ondervacht vaak zacht en isolerend is. Dit type vacht is oorspronkelijk ontwikkeld voor werkhonden die door bossen, struiken en ruw terrein moesten bewegen zonder dat hun vacht snel beschadigde.
Ruwharige vachten bestaan uit een harde, ruwe bovenvacht en een zachte onderwol. De bovenvacht beschermt de hond tegen weersinvloeden en vuil, terwijl de onderwol isolerend werkt.
Een belangrijk kenmerk van de ruwharige vacht is dat de bovenvacht niet vanzelf uitvalt zoals bij andere vachten. Dode haren blijven in de huid zitten en moeten handmatig verwijderd worden door middel van plukken. Hierdoor behoudt de vacht zijn stugge structuur en blijft de natuurlijke bescherming intact.
Hoewel een ruwharige vacht minder snel klit dan een lange of krullende vacht, kan deze er wel snel onverzorgd en dof uitzien als de dode haren niet regelmatig worden verwijderd. Als de vacht niet goed onderhouden wordt, kan de onderwol te dik worden en huidproblemen veroorzaken, zoals jeuk en irritaties.
Hondenrassen met een ruwe vacht
Deze vachtstructuur komt vooral voor bij jachthonden en terriërs, zoals:
- Ruwharige Teckel
- Schnauzer
- Border Terrier
- Ierse Terriër
- Ruwharige Jack Russell Terriër
- Duitse Staande Hond (Draadhaar)
Een goed onderhouden draadvacht heeft een harde, stevige textuur en een natuurlijke glans. Zonder de juiste verzorging kan de vacht dof, te zacht of juist pluizig worden.
Waarom heeft een ruwharige vacht speciale verzorging nodig?
De bovenvacht van een ruwharige vacht groeit continu en sterft uiteindelijk af. In tegenstelling tot kortharige honden, vallen de dode haren er niet vanzelf uit, maar moeten ze handmatig worden verwijderd. Dit gebeurt door plukken.
Als de dode haren niet op tijd worden geplukt:
- Wordt de vacht dof en verstikt de huid, wat jeuk en irritatie veroorzaakt.
- Kan de onderwol te dik worden, waardoor de huid minder goed ademt en de hond sneller oververhit raakt.
- Kan de textuur veranderen, waardoor de vacht zachter wordt en zijn waterafstotende eigenschappen verliest.
Verzorging van een ruwharige vacht
Hoewel een ruwe vacht minder intensieve dagelijkse verzorging nodig heeft dan een krul- of langharige vacht, is het belangrijk om de juiste technieken te gebruiken.
Borstelen en kammen
Borstelen verwijdert de meeste loszittende haren en vuil dat zich ophoopt in de vacht. Omdat de vacht van een ruwharige hond wat vettig is, hoopt vuil zich wat makkelijker op. Daarom is frequent borstelen nodig.
- Hoe vaak: 1 à 2 keer per week.
- Gebruikte tools:
- Harde slickerborstel – Verwijdert loszittende haren en vuil.
- Metalen kam met grove en fijne tanden – Voor de afwerking en controle van de onderwol.
- Rubberen trimhulp of trimkrijt – Voor extra grip tijdens het plukken.
Werkwijze:
- Kam de vacht eerst met een grove kam om klitten en losse haren te verwijderen.
- Gebruik een slickerborstel om de bovenvacht door te werken.
- Werk altijd met de haargroei mee en borstels nooit te hard om huidirritatie te voorkomen.
Plukken
De dode haren worden met de hand of een trimmes uit de vacht geplukt. Dit gebeurt plukje voor plukje en is pijnloos als het op de juiste manier wordt gedaan. De haren die loszitten zijn al afgestorven en laten gemakkelijk los zonder ongemak voor de hond. Na een plukbeurt ziet de vacht er weer fris en verzorgd uit, en kan de nieuwe vacht goed groeien.
- Hoe vaak: eens per 3 tot 6 maanden, afhankelijk van de groeisnelheid van de vacht.
Pluktechnieken:
- Handmatig plukken: De meest natuurlijke methode, waarbij je met duim en wijsvinger plukjes haar eruit trekt.
- Met een trimmes: Dit mes helpt bij het vastpakken van de haren en is vooral handig voor grotere honden met een dikke draadvacht.
- Roltechniek: Hierbij wordt de vacht in fases geplukt, zodat er altijd een gelijkmatige laag haar blijft staan en de hond er niet in één keer ‘kaal’ uitziet.
⚠ Let op: Nooit scheren!
Als een ruwharige vacht wordt geschoren in plaats van geplukt, verandert de textuur van de vacht. De zachte onderwol gaat overheersen, waardoor de vacht doffer en wolliger wordt. Bovendien kan het de huid irriteren en zelfs tot jeuk of eczeem leiden.
Wassen en drogen
- Hoe vaak? Alleen als het echt nodig is, bijvoorbeeld als de hond erg vies is.
- Shampoo: Gebruik een speciale shampoo voor ruwharige vachten, zodat de natuurlijke hardheid van de vacht behouden blijft.
- Drogen: Goed afdrogen met een handdoek en eventueel föhnen op een lage temperatuur, maar niet te heet.
Veelgemaakte fouten bij de verzorging van een ruwharige vacht
Hoewel het verzorgen van een ruwharige vacht zeker niet lastig is, zijn er wel een aantal valkuilen om te vermijden:
- Niet op tijd plukken: Hierdoor wordt de vacht dof en krijgt de hond last van jeuk of huidproblemen.
- Scheren in plaats van plukken: Dit tast de structuur van de vacht aan en kan leiden tot een blijvende, wollige vacht.
- Te vaak wassen: Ruwharige vachten hebben een natuurlijke vetlaag die ze beschermt. Te veel wassen kan deze laag verwijderen en de vacht minder waterafstotend maken.
- Verkeerde borsteltechniek: Te hard borstelen kan de huid irriteren. Werk altijd met de haargroei mee en gebruik de juiste tools.